Hooked and Locked CAL Special – Patroon aanpassen – deel 1 Centrale patroon verbreden

Index

Deel 1, Inleiding en het centrale patroon verbreden: dat is deze pagina
Deel 2, Het centrale patroon versmallen: klik hier
Deel 3, De randen verbreden: klik hier

Het HAL CAL patroon aanpassen: kan dat?

Ik heb van diverse mensen de vraag gekregen of het patroon van de Hooked and Locked CAL ook breder of smaller kan worden gemaakt. Ik heb bij de introductie gezegd dat je je moet houden aan het aantal opgegevens steken, omdat de patroondelen daarop zijn gemaakt. Maar natuurlijk kan je het aanpassen. Het is alleen niet zo dat ik eenmalig kan zeggen: zet zoveel steken minder of meer op, en laat dan zoveel herhalingen weg of voeg zoveel herhalingen toe. Dat komt omdat diverse patronen een ander aantal steken heeft per herhaling.

Het zal ook iets zijn dat je zelf moet gaan uitdokteren. Dus dat betekent bij elk patroon weer even opnieuw kijken.

Het design intact laten

Ik had bij het ontwerp een beeld in gedachten hoe ik wilde dat deze deken eruit zou zien. Een van de belangrijkste dingen is het consequent doorlopen van het trappetjespatroon aan de zijranden. Die zijn aan de zijranden en aan de boven- en onderkant even breed cq hoog. Dat kan je zien bij de rode pijlen in het voorgaande plaatje. Verder heb ik de patronen zoveel mogelijk gecentreerd gehouden. Zie de groene pijl. Dit geldt niet voor de eerste 2 patroontjes, maar die hebben een snel en kort patroonverloop, dus dat vond ik niet storend.

Als je het idee van het ontwerp dus intact wilt laten, zal je deze 2 principes in gedachten moeten houden. De instructies hierna gaan er ook vanuit dat je dat wilt.

Wat ga ik je hier leren?

Voordat ik dit ga uitleggen, ga ik zeggen wat ik ook heb gezegd bij de special over het patroontekening lezen. Bekijk die vooral ook even (klik hier om die pagina te bekijken). Dit is een cursus, dus neem de tijd om ervoor te gaan zitten.

In deze special ga ik dus in op hoe je zelf veranderingen kan aanbrengen. Het is specifiek gericht op het patroon van de HAL CAL. Ik doe dat met de patroontekeningen, maar ook gewoon met de geschreven instructies, zodat iedereen de manier kan kiezen die haar of hem het meest aanspreekt. Ik ga in op versmallen, verbreden waarbij de zijranden intact blijven, en het verbreden van de zijranden (en bijbehorend de onder- en bovenrand).

Ik ga weer kleine plaatjes op deze pagina geven, waar je op moet klikken om het gehele plaatje te zien. Die kan je opslaan op je computer of mobiele apparaat en eventueel uitprinten. Je kunt dit trouwens het best bekijken op een computer, op een mobieltje is het echt wel lastig. En neem het in eerste instantie even globaal door tot het eind, zodat je al het gemaakte materiaal ziet. Laat je niet intimideren door de hoeveelheid tekst. Ik heb oefenpapier toegevoegd, de uitgewerkte patroonplaatjes, wat ik maar kon bedenken. Print ze, dan kan je dat naast de teksten houden als je er echt in gaat duiken.

Ik heb hier weer de Engelse afkortingen gebruikt: s voor side stitch of zijsteek, f voor front of voor, b voor back of achter.

De basis

Ik laat hier een patroontje zien met dezelfde rand als de HAL CAL. Het middenpatroon is een meander. Ik heb ook wat rijen erin zitten met rechte strepen, zodat je daar ook het effect van kan zien in even en oneven rijen. Het is misschien een beetje gemeen, maar dit patroontje is dus niet gecentreerd. Dat is expres voor deze tutorial…..

Het basispatroon is 24 hokjes breed. Daar gaan we stukjes vanaf halen en stukjes aan toevoegen.

Onthoud alvast:

De 1e en laatste 6 steken van een rij zijn ‘vast’ voor het patroon als je het centrale patroon wilt verbreden of inkorten.
Om het middenpatroon centraal te houden zal je elke keer een veelvoud van 2 hokjes moeten toevoegen of verwijderen, eentje links en eentje rechts van het midden, direkt aan de binnenkant van de zijranden.
De nieuwe steken zijn met rood omrandt.
Kijk bij de patroonlees tutorial: de steken in de patroontekening worden van rechts naar links gelezen, zoals je haakt (voor rechtshandigen). De beschrijving is eigenlijk achterstevoren: je begint met de meest rechtersteek links op te schrijven, enzovoort, dus houdt dat in je achterhoofd!

Hokjes toevoegen in het centrale deel

Uittreksel

Dan hebben jullie die alvast 😀 😀 😀 . Laat de eerste en laatste 6 steken intact, en pas het middendeel aan zodat je in patroon blijft. Maar hier volgt toch nog even een uitwerking 🙂 .

De oneven rijen in de onderrand

Geschreven patronen 1a-toeren:

basis rij 1a: s, *(b, f)* 11x, b, s (24 hokjes, 25 stokjes)
2 hokjes toevoegen: s, *(b, f)* 12x, b, s (26 hokjes, 27 stokjes)
4 hokjes toevoegen: s, *(b, f)* 13x, b, s (28 hokjes, 29 stokjes)

Geschreven patronen 1b-toeren:

basis rij 1b: *(f, b)* 12x (23 hokjes, 24 stokjes)
2 hokjes toevoegen: *(f, b)* 13x (25 hokjes, 26 stokjes)
4 hokjes toevoegen: *(f, b)* 14x (27 hokjes, 28 stokjes)

Dit is nog niet zo spannend. Bij elke 2 hokjes die je meerdert krijg je gewoon een extra herhaling erbij van f en b.

De even rijen in de onderrand

Geschreven patronen 2a-toeren:

basis rij 2a: s, *(b, f)* 11x, b, s (24 hokjes, 25 stokjes)
2 hokjes toevoegen: s, *(b, f)* 12x, b, s (26 hokjes, 27 stokjes)
4 hokjes toevoegen: s, *(b, f)* 13x, b, s (28 hokjes, 29 stokjes)

Geschreven patronen 2b-toeren:

basis rij 2b: *(b,f)* 12x (23 hokjes, 24 stokjes)
2 hokjes toevoegen: *(b, f)* 13x (25 hokjes, 26 stokjes)
4 hokjes toevoegen: *(b, f)* 14x (27 hokjes, 28 stokjes)

Dit is nog niet zo spannend. Bij elke 2 hokjes die je meerdert krijg je gewoon een extra herhaling erbij van f en b.

De oneven rijen boven de onderrand: rijen 7

Geschreven patronen 7a-toeren:

basis rij 7a: s, b, f, b, f 2x, b 13x, f 2x, b, f, b, s (25 stokjes)
2 hokjes toevoegen: s, b, f, b, f 2x, b 15x, f 2x, b, f, b, s (27 stokjes)
4 hokjes toevoegen: s, b, f, b, f 2x, b 17x, f 2x, b, f, b, s (29 stokjes)

Dit is ook nog niet zo spannend, omdat de herhaling binnen de randen alleen maar uit b (back) bestaat. Je ziet hier al wel dat je eerste en laatste 6 steken iedere keer hetzelfde zijn.

Geschreven patronen 7b-toeren:

basis rij 7b: f, b, f, b 2x, f ,*(b 3x, f 1x)* 3x, *(f, b)* 3x (24 stokjes)
2 hokjes toevoegen: f, b, f, b 2x, f 2x ,*(b 3x, f 1x)* 3x, b, *(f, b)* 3x (26 stokjes)
4 hokjes toevoegen: f, b, f, b 2x, f , b, f, *(b 3x, f 1x)* 3x, b 2x, *(f, b)* 3x (28 stokjes)

De herhaling zit hier in het bbbfbbbfbbbf. Het had natuurlijk ook fbbbfbbbfbbb kunnen zijn, het is maar net wat je als de start van je herhaling neemt. Als ik de tweede variant had gekozen, dan had de beschrijving van basis rij 7b er als volgt uitgezien: f, b, f, b 2x, *(f 1x, b 3x)* 3x, f 2x, *(b, f)* 2x, b. Ik heb hier ook het eind nog eens anders opgeschreven, om je te laten zien dat het geschreven patroon echt niet altijd met die 6 randsteken begint of eindigt. Tel maar na: f, b, f, b 2x = 5 steken aan de start, f 2x, *(b, f)* 2x, b = 7 steken. Dus daar moet je wel rekening mee houden.

Laten we deze tweede variant nu eens nemen: f, b, f, b 2x, *(f 1x, b 3x)* 3x, f 2x, *(b, f)* 2x, b. Dat is om je te laten zien hoe je hiermee omgaat als het niet zo heel voor de hand ligt hoe je dit moet oplossen.

Stap 1 is om eerst de 1e 6 steken te detecteren (de rechter zijrand). Als de herhaling al begint voordat je bij je 6 steken bent gekomen, zoals hier, dan schrijf je het eerst als volgt op: f, b, f, b, b, f, b, b, b. Je pakt dus de eerste herhaling erbij. De eerste 5 in het blauw, plus de eerste in het geel zijn de eerste 6 randsteken: f, b, f, b, b, f, b, b, b.
Als je hier nu steken aan moet gaan toevoegen, dan is dat na de 6 randsteken, dus vóór de 3 b’s. Dus als je 1 steek hieraan toevoegt aan deze kant komt er in dit geval een f bij, zodat het patroon daarna in zijn herhaling valt: f, b, f, b, b, f, f, b, b, b. De laatste 4 steken zijn fbbb. Moet je 2 steken toevoegen dan wordt het f, b, f, b, b, f, b, f, b, b, b. 3 Steken f, b, f, b, b, f, b, b, f, b, b, b. 4 Steken f, b, f, b, b, f, b, b, b, f, b, b, b. 5 Steken f, b, f, b, b, f, f, b, b, b, f, b, b, b. Enzovoort.
Detecteer nu de laatste 6 steken (de linker zijrand). We hebben hier na het patroon 7 steken: f 2x, *(b, f)* 2x, b. Dat is f, f, b, f, b, f, b. De eerste f is dus eigenlijk deel van het herhalende patroon.
Als je hier nu steken aan moet gaan toevoegen, dan is dat voor de 6 randsteken, dus na de eerste gele f. Dus als je 1 steek hieraan toevoegt aan deze kant komt er in dit geval een b bij, zodat het patroon daarna in zijn herhaling valt: f, b, f, b, f, b, f, b. Moet je 2 steken toevoegen dan wordt het f, b, b, f, b, f, b, f, b. 3 Steken f, b, b, b, f, b, f, b, f, b. 4 Steken f, b, b, b, f, f, b, f, b, f, b. 5 Steken f, b, b, b, f, b, f, b, f, b, f, b.

Tip: ik kan me voorstellen dat het bovenstaande duizelingwekkend is. Maar neem een blocnote met ruitjespapier, en schrijf het patroon daar eens op uit.

Natuurlijk ga je dat niet voor alle 241 of 240 stokjes doen, maar gewoon de zijranden en 1 of meerdere herhalingen, afhankelijk van hoeveel je wilt om er zeker van te zijn dat je goed gaat.

Doe bovenstaande eens met deze oefentekening. Let weer op, het is ‘getekend’ zoals op het patroon, dus omgekeerd aan hoe het geschreven patroon is. In de bovenste rij zit het oorspronkelijke patroon, in de rij daarna is aan beide zijden 1 steek toegevoegd, in de rij daarna 2 steken aan beide zijden, enzovoort.

Dezelfde exercitie kan je doen voor de andere rijen. Aan het eind van deze pagina geef ik alle volledige plaatjes, dus bekijk die ook als je dat nodig hebt.

De even rijen boven de onderrand: rij 8a

Dit is een a-toer , met een zijsteek. Dat maakt eigenlijk geen verschil, want het is ook maar gewoon een steek, maar dan heb je dat ook nog een keer gezien, en je hebt hier een net andere patroonherhaling. Nog steeds een simpele. dat wel.

Geschreven patronen a-toeren:

basis rij 8a: s, b, f, b 5x, *(f 2x, b 2x)* 3x, b 2x, f, b, s (25 stokjes)
2 hokjes toevoegen: s, b, f, b 3x, f, *(b 2x, f 2x)* 3x, b 5x, f, b, s (27 stokjes)
4 hokjes toevoegen: s, b, f, b 3x, *(f 2x, b 2x)* 4x, f, b 3x, f, b, s (29 stokjes)

Hier zie je dat ik lekker gehusseld heb met de beschrijvingen. Maar eigenlijk is het gewoon hetzelfde doen als bij toer 7b.

De herhaling zit hier in het ffbbffbbffbb. In de beschrijving van het ‘2 hokjes toevoegen’ zie je dat ik het omgekeerd heb bbffbbffbbff.

Stap 1 is om eerst de 1e 6 steken te detecteren (de rechter zijrand). Schrijf het eerst als volgt op: s, b, f, b, b, b, b, b. Opgesplitst in de eerste 6 randsteken met de rest is het: s, b, f, b, b, b, b, b.
Als je hier nu steken aan moet gaan toevoegen, dan is dat na de 6 randsteken, dus vóór de 2 gele b’s. Dus als je 1 steek hieraan toevoegt aan deze kant komt er in dit geval een f bij, zodat het patroon daarna in zijn herhaling valt: s, b, f, b, b, b, f, b, b. Moet je 2 steken toevoegen dan wordt het s, b, f, b, b, b, f, f, b, b. 3 Steken s, b, f, b, b, b, b, f, f, b, b. 4 Steken s, b, f, b, b, b, b, b, f, f, b, b. 5 Steken s, b, f, b, b, b, f, b, b, f, f, b, b. Enzovoort.
Detecteer nu de laatste 6 steken (de linker zijrand). We hebben hier na het patroon maar 5 steken: b 2x, f, b, s. Je pakt er nu weer een herhaling bij. Dat is f, f, b, b, b, b, f, b, s.
Als je hier nu steken aan moet gaan toevoegen, dan is dat voor de 6 randsteken, dus na de laatste gele b. Dus als je 1 steek hieraan toevoegt aan deze kant komt er in dit geval een b bij, zodat het patroon daarna in zijn herhaling valt: f, f, b, b, b, b, b, f, b, s. Moet je 2 steken toevoegen dan wordt het f, f, b, b, f, b, b, b, f, b, s. 3 Steken f, f, b, b, f, f, b, b, b, f, b, s. 4 Steken f, f, b, b, f, f, b, b, b, b, f, b, s. 5 Steken f, f, b, b, f, f, b, b, b, b, b, f, b, s.